Bijdragen aan de VvE
Hoe verwerk ik deze in de jaarrekening?

Het komt regelmatig voor dat een natuurlijk persoon of een besloten vennootschap (bv) eigenaar is van een deel van een pand. Veelal is er sprake van een Vereniging van Eigenaren (VvE).

Er zijn dan afspraken gemaakt over de verdeling van de kosten voor het onderhoud etc. De eigenaren betalen voor hun bijdragen in de kosten vaak periodiek een bedrag aan de VvE.

Natuurlijke personen die als privépersoon participeren in een VvE geven hun aandeel in het eigen vermogen van de VvE in hun aangifte inkomstenbelasting op als Box 3-vermogen. Omdat dit vermogen in de regel uit geld bestaat dat wordt aangehouden op een bankrekening valt het aandeel in het VvE-vermogen sinds 2023 onder de categorie banktegoeden in box 3 (artikel 5.2 lid 3 onderdeel d Wet IB 2001).

Maar hoe zit dat nu bij een onderneming?

Onder welke balanspost valt het aandeel in het eigen vermogen van de VvE ingeval de onderneming haar bedrijf uitoefent in het pand dat door de VvE wordt beheerd dan wel hierin is gevestigd?

1. Het aandeel in het eigen vermogen van de VvE ontstaat in het algemeen door:
   • (periodieke) bijdragen aan het reservefonds van de VvE door stortingen op een bankrekening van de VvE (zie artikel 5:126 BW);
   • de jaarlijkse resultaten van de VvE.
2. De VvE beheert het gebouw waarin de eigenaren zijn gevestigd dan wel hun bedrijf uitoefenen.

Deze twee punten pleiten ervoor om in deze situatie het aandeel in het VvE-vermogen op te nemen als deelneming. Immers, er is sprake van kapitaalverschaffing voor eigen rekening door de onderneming en in het algemeen van duurzame verbondenheid ten dienste van de eigen werkzaamheid.

En wat als de VvE het gebouw beheert waarin de onderneming participeert als belegger, met het doel haar appartement te verhuren?

Dan ontbreekt het element ‘duurzame verbondenheid ten dienste van de eigen werkzaamheid’ en is daarom sprake van Overige effecten in de rubriek Financiële vaste activa.

Hoe verwerkt de onderneming haar maandelijkse bijdragen aan de VvE in haar financiële administratie?

Stel de onderneming betaalt maandelijks een bedrag van € 1.500 aan de VvE, bestaande uit € 500 bijdrage aan het reservefonds voor groot onderhoud en € 1.000 bijdrage aan de gewone jaarlijkse exploitatiekosten.

1. De maandelijkse bijdragen aan de VvE worden in eerste instantie in de kosten geboekt als huisvestingskosten/bijdrage VvE.
2. Na afloop van het boekjaar wordt door de VvE een verantwoording opgemaakt. Hieruit blijkt:
   • € 11.000 is gebruikt voor jaarlijkse kosten/uitgaven;
   • € 6.000 is toegevoegd aan het reservefonds voor groot onderhoud;
   • € 4.000 is onttrokken aan het reservefonds voor groot onderhoud in verband met een verwerkte afschrijvingslast op geactiveerd groot onderhoud ad € 4.000; en
   • € 1.000 is toegevoegd aan de overige reserves.
3. Dat betekent dat van de betaalde € 18.000 (12x 1.500), € 15.000 door de VvE verantwoord is als lasten en dat per saldo € 3.000 is toegevoegd aan het eigen vermogen van de VvE.
4. Dat betekent dat de onderneming € 3.000 niet als huisvestingskosten kan verwerken maar op de balans verantwoordt als kapitaalstorting in haar participatie in de VvE.

De onderneming maakt in dit voorbeeld de volgende boekingen:

Maandelijks voor de bijdragebetaling:

	Debet (€)	Credit (€)
V&W/bijdrage VvE	1.500
@bank		1.500

Bij de jaarafsluiting voor de mutatie in het eigen vermogen van de VvE:

	Debet (€)	Credit (€)
Participatie VvE	3.000
@V&W/bijdrage VvE		3.000

Contact

Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen of opmerkingen, of wilt u een ander onderwerp bespreken? Neemt u dan contact met ons op, we helpen u graag.