HOME / ONLINE PRODUCTEN / Nextendum Nieuws / Nieuwsbericht
Platformwerkers Temper geen uitzendkrachten
06-08-2024 | Temper is een online platform voor werk. Temper presenteert zich als ‘digitaal prikbord’ waar freelancers kunnen intekenen op kortlopende klussen van hotels, winkels en magazijnen.
De freelancers, ook wel ‘freeflexers’ genoemd, die aldus gebruik maken van dit platform én de opdrachtgevers sluiten via dit platform overeenkomsten met elkaar over uit te voeren werkzaamheden.
Vakbonden naar de rechter
Vakbonden zijn van mening dat er sprake is van schijnzelfstandigheid en dat de mensen die werken via Temper geen zzp’ers zijn, maar uitzendkrachten van Temper. Om die reden hebben zij de rechter een zogenaamde verklaring voor recht gevraagd om vast te stellen dat de overeenkomsten die de werkers via het platform sluiten, eigenlijk uitzendovereenkomsten zijn met Temper. Daarop zou dan de cao voor de uitzendsector van toepassing zijn die bepaalt dat uitzendkrachten recht hebben op dezelfde beloning als werknemers in een vergelijkbare functie.
Indien geen sprake zou zijn van een uitzendovereenkomst, zou er sprake – aldus de bonden – zijn van een arbeidsovereenkomst tussen de ‘freeflexer’ en de inlener (lees: opdrachtgever). Tot slot stelden de bonden zich op het standpunt dat Temper zou handelen in strijd met de uitzendwet Waadi (wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs).
De uitspraak
Medio juli heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan. De zogenaamde ‘freeflexers’ die via Temper intekenen op klussen in de horeca, distributie en detailhandel, zijn – aldus de rechtbank – geen uitzendkrachten, maar zzp’ers. Er is geen sprake van een uitzendovereenkomst. Met name omdat er geen sprake is van formeel werkgeversgezag van Temper. Aangezien Temper geen loon betaalt aan de werkers (dat doen de opdrachtgevers) en omdat er nauwelijks sprake is van een verplichting voor de werkers om de werkzaamheden persoonlijk te verrichten.
Anders dan de bonden menen, is de rechtbank derhalve van mening dat in casu sprake is van een ander feitencomplex dan in de ruchtmakende zaken rond Deliveroo of taxi app Uber. Over de relatie tussen de inlener en de werker heeft de rechtbank geen oordeel kunnen geven omdat de opdrachtgevers geen partij waren bij de procedure.
De zaak krijgt zeker vervolg in hoger beroep.
Opmerking: het is sinds ‘Deliveroo’ druk bij de rechter. Dit betreft doorgaans de platforms en kennelijk de behoefte om anders te werken dan met een arbeidsovereenkomst. Met name de jeugd omarmt deze vorm van werken: ‘Werken wanneer zij willen’. Een vergelijkbaar platform is bijvoorbeeld ‘Young ones’. De arbeidsinspectie is daar van mening dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst tussen het platform en de werkers.
In het najaar geven Bert Alink, fiscalist en Savannah Snellenburg, jurist, een Extendum cursus over deze zzp-problematiek en de rol van de fiscus hierin. Immers, het zogenaamde handhavingsmoratorium komt te vervallen en tientallen inspecteurs staan inmiddels te popelen om de diverse bedrijven aan te spreken. Het gevolg kan zijn dat deze bedrijven, naast fiscaal, ook civielrechtelijk aangesproken kunnen worden. Houd de agenda in de gaten, meer informatie over deze cursus volgt!
Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen of opmerkingen of wilt u een ander onderwerp bespreken? Neem gerust contact met ons op, we helpen u graag.
iOS touchscreen gebruikers: Voor delen 2 keer tikken